NIEUWE FUNCTIE VOOR Ingeborg Berger,
programmamanager ROTTERDAM CIRCULAIR

Als programmamanager bouwde Ingeborg Berger Rotterdam Circulair vanaf het prille idee mee op. Nu het programma goed in de steigers staat, is het tijd voor iets nieuws. Maar eerst blikt Ingeborg terug op 3,5 jaar Rotterdam Circulair.

‘Ik heb altijd affiniteit gehad met bewust leven’, vertelt Ingeborg. ‘Hoe ga je goed om met de wereld? Hoe organiseer je samen iets? En hoe zorg je samen voor een toekomstbestendige stad? Die thema’s zocht ik altijd wel in mijn werk. Ze kwamen samen in Rotterdam Circulair. Inmiddels heeft circulair denken en leven mij enorm gegrepen. Ik kijk of ik spullen anders kan gebruiken. En als ik iets nieuws wil kopen, kijk ik eerst of ik dat echt nodig heb. Vervolgens kies ik voor iets dat goed is, te repareren is of goed ontworpen is.’

Veel bereikt
We zijn 3,5 jaar geleden “gewoon” begonnen. Inmiddels hebben we veel bereikt. We hebben een programma en visie voor de komende jaren die de richting voor “circulair” aangeven. En op veel terreinen geven we “circulair” handen en voeten. Het is verwerkt in de Rotterdamse Stijl, in de leerwerkakkoorden, maar ook bijvoorbeeld in festivals. En het krijgt steeds meer ruimte in gebiedsontwikkeling. In Reyeroord bijvoorbeeld maken we de inrichting en het beheer zo circulair mogelijk. Verder hebben we een breed netwerk binnen en buiten de gemeente. En het helpt zeker dat het college er geld voor vrijgemaakt heeft.’

Lange adem
‘Wat ik het programma wil meegeven? Heb een lange adem, stimuleer wat goed gaat en durf ook met lef fouten te maken. Maar vooral: geef “circulair” de aandacht die het verdient. Daarbij gaat het steeds om de combinatie van precieze, praktische kennis en sturing op strategisch niveau. Je moet weten hoe je van een boomstam een tafel maakt. Of wat je wel of niet met plastic kunt doen. En tegelijkertijd heb je ook bepaalde beleidskeuzes nodig.’

Nieuwe functie
Vanaf 1 maart maakt Ingeborg zich sterk voor de blauwe en groene waarden in de stad. ‘We willen de inrichting en het beheer ervan meer met elkaar verbinden, zodat we ze versterken. Natuurlijk doen we ook dat zo circulair mogelijk.’