Programmamanager Eline Lagendijk zwaait af bij Rotterdam Circulair

Ze was vier jaar programmamanager van Rotterdam Circulair en werkte in totaal veertien jaar bij de gemeente Rotterdam. Maar nu staat Eline Lagendijk op het punt te vertrekken naar Nijmegen – haar liefde voor fietsen en de natuur achterna. Al zal ze de diversiteit van Rotterdam gaan missen, net als ‘haar’ team. Hoogtepunten van de afgelopen jaren waren haar bezoeken aan projecten in de stad. Zoals in Reyeroord, waar volop wordt geëxperimenteerd met hergebruikt materiaal in de buitenruimte. “Als je dan de energie van al die Rotterdammers voelt, weet je weer heel goed waarvoor je het doet.”


Kick-off campagne Van Zooi Naar Mooi

Exact vier jaar geleden stapte Eline over van het veiligheidsdomein binnen de gemeente Rotterdam naar Rotterdam Circulair. Een bewuste keuze: “Veiligheid gaat vooral om het voorkomen dat dingen fout gaan. Hartstikke belangrijk en interessant, maar ik merkte dat ik na zeven jaar toe was aan een andere dynamiek. Het thema circulariteit is heel toekomstgericht, het gaat om innovatie en ontwikkeling. De energie die daaromheen hangt, trok mij erg aan.”

Strategie: veel experimenten en uitproberen
Toen Eline begon bij Rotterdam Circulair lag er een globaal plan: Van Zooi naar Mooi. “Er stond een richting in beschreven en thema’s waaraan we wilden werken”, vertelt Eline. “Het plan was vooral gericht op aandacht genereren voor het onderwerp circulariteit. Want dat was op dat moment nodig: het thema überhaupt op de agenda krijgen. Er was nog geen vast team en ook nog geen volledig plan van aanpak. Aan die twee zaken ben ik als eerste gaan werken.” De strategie in de eerste fase van het programma – de afgelopen vier jaar – werd: laat duizend bloemen bloeien. Veel experimenteren en uitproberen dus. “We volgden de energie: als iemand een goed idee had dat enigszins paste in het programma, dan zeiden we: ga het maar doen. Op die manier zijn er heel veel initiatieven van de grond gekomen. Het ene succesvoller dan het andere, maar dat hoort bij deze fase.”


Uitreiking van de 'Ster in Circulair'.

“We doen per definitie dingen die niet eerder gedaan zijn”
Behalve met het neerzetten van de aanpak en de structuur van het programma begon Eline ook met het bouwen van een team. Dat is hard gegaan: er is inmiddels een vast team van zo’n dertig mensen plus allerlei collega’s op andere afdelingen die aan het programma meewerken. “Als programmamanager ben je continu bezig met: hoe creëer je verbinding? Hoe zorg je ervoor dat iedereen goed met elkaar samenwerkt en steeds goed geïnformeerd is? Hoe laat je de besluitvorming het beste verlopen?” Kenmerkend aan het programma Rotterdam Circulair is dat je het soms niet precies weet. Dat hoort erbij, zegt Eline nuchter. “Als je werkt aan een grote transitie, zoals wij aan de grondstoffentransitie, doe je per definitie dingen die nog niet eerder gedaan zijn. Daardoor weet je soms gewoon nog niet hoe je iets het beste organiseert. Ik heb dat leren accepteren: ongemak is een terugkerend onderdeel van dit programma.”

Pilot Circulaire Kunststof Rioolbuizen

Circulair kost nu vaak nog meer tijd, geld en moeite dan lineair
Dat ongemak zit hem bijvoorbeeld ook in het feit dat het circulaire ‘systeem’ nog niet efficiënt is ingericht, legt Eline uit. “Lineair produceren en consumeren kost op dit moment vaak minder geld, tijd en moeite dan circulair. Onderdeel van het programma Rotterdam Circulair is dan ook om te werken aan randvoorwaarden die circulair produceren en consumeren juist gemakkelijker en goedkoper maken. Voor een efficiënt werkende circulaire economie zijn bijvoorbeeld materialenpaspoorten nodig, zodat je weet wat er precies in een gebouw of object zit, op- en overslaglocaties om gebruikte materialen te bewaren en een marktplaats om die materialen te vinden. Dat is nu allemaal in ontwikkeling. We zitten in een overgangsfase; dat brengt ongemak met zich mee.”


Artist impression ambachtscentrum De HER

Heel veel ‘idioot bevlogen mensen’ nodig
Die overgangsfase kenmerkt zich door aan de ene kant zeer enthousiaste ondernemers, bewoners en gemeentemedewerkers die volop nieuwe, circulaire manieren van werken uitproberen, en die aan de andere kant tegen de barrières van het lineaire systeem aan botsen. Eline noemt als voorbeeld de circulaire renovatie van het clubhuis van een honkbalvereniging op Zuid. “Daar waren een intrinsiek gemotiveerde architect en projectleider bij betrokken. Zij stopten veel aandacht en creativiteit in het project en maakten er bijvoorbeeld een sport van om overal gebruikte materialen vandaan te halen. Het resultaat is een prachtig, volledig circulair clubhuis.”


Toiletwandjes uit het Erasmus MC in kantine Honkbalvereniging Op Zuid

Zo’n afgebakende pilot bij één sportvereniging gaat relatief makkelijk, zegt Eline. Maar zie dat maar eens op te schalen naar de clubhuizen van álle sportverenigingen in de stad die aan renovatie toe zijn. Lachend: “Dan heb je dus heel veel van die idioot bevlogen architecten en projectleiders nodig! En geld, tijd en doorzettingsvermogen om het anders dan anders te doen. Dat geldt bijvoorbeeld ook wanneer je wilt dat er bij een bestratingsproject hergebruikte straatstenen worden toegepast: een inkoper weet precies hoe hij vijfhonderd nieuwe bakstenen op internet moet bestellen. Maar niet hoe hij aan vijfhonderd gebruikte bakstenen moet komen.”

Nieuwe fase: opschaling en focus
Die opschaling is precies de uitdaging in de komende fase van het programma. “We hebben veel geleerd van alle pilots in de afgelopen vier jaar”, vertelt Eline met enige trots. “Er is eigenlijk geen experiment ‘mislukt’, want het leren – en die lessen toepassen in een volgende stap – zit sterk verankerd in dit programma.” Vanaf nu is het de bedoeling dat succesvolle initiatieven op grotere schaal toegepast gaan worden. Daar hoort ook meer focus bij. “Voor het programma 2023-2026 dat er nu ligt, hebben we heel goed gekeken naar wat onze rol precies is in de transitie. Zo bleek op basis van een grondstoffenanalyse dat er onder meer nog veel te winnen is qua circulariteit in de zorg. Toch laten we die sector grotendeels los, omdat onze invloedssfeer daar nu eenmaal heel beperkt is: als gemeente gaan wij niet over de ziekenhuizen in de stad.”

Bij de komende fase past ook een wat zakelijkere houding van de programmamanager, vindt Eline. “Met de snelle groei van het team en de ‘circulaire beweging’ in de stad was mijn rol vooral die van verbinder: zorgen dat mensen mee willen doen. Daar ligt ook mijn kracht. Nu is het tijd om niet meer alleen te leunen op de intrinsieke motivatie van mensen, maar strakkere afspraken te maken. We hebben immers een duidelijk plan met duidelijke doelstellingen. Ik zie dit dan ook als een natuurlijk moment om af te zwaaien; het is goed dat er iemand met nieuwe, meer zakelijke energie het stokje van mij overneemt. Al ga ik met pijn in het hart.”


Mode-stukken van oude vlaggen door Studio VollaersZwart

“Kijk af en toe terug en wees trots”
Hoewel Eline een mooie nieuwe werkplek in het vooruitzicht heeft – het duurzaamheidsprogramma van de Hogeschool Arnhem-Nijmegen – gaat ze Rotterdam Circulair best missen, verwacht ze. “En dan vooral het team. Hier werken extreem toegewijde mensen. Ze willen echt iets betekenen voor de stad én voor een duurzamere wereld. Door hun enorme bevlogenheid zien ze vooral wat er allemaal nog moet gebeuren, en vinden ze vaak dat het niet snel genoeg gaat. Maar toen ik afgelopen week mijn overdracht schreef, stond ik eens goed stil bij wat we allemaal bereikt en geleerd hebben in de afgelopen jaren. Dat is echt heel wat. Dat zou ik dan ook graag willen meegeven aan het team: kijk ook af en toe terug en wees trots. Op een mooi resultaat, maar ook op wat je geleerd hebt.”

Tekst: Annemarie Teuns
Foto Elinę: Jan de Groen