Robert en William staan op een circulaire brug
8 Juli 2025

Sterk verhaal: Robert en William bouwen bruggen circulair

Als je aan Rotterdam denkt, denk je waarschijnlijk aan de Erasmusbrug: dat sterke staaltje techniek dat je van veraf al aan de Rotterdamse skyline spot. Maar wist je dat Rotterdam bijna 1.100 bruggen telt, groot én klein? Die worden allemaal beheerd door de gemeente, onder andere door objectbeheerder Robert Aartsen. En dat gebeurt steeds vaker circulair. We spreken Robert en zijn collega William Schutte van het Ingenieursbureau over de successen én uitdagingen van circulair bruggen bouwen.

 

Hoe komt een nieuwe brug tot stand?

Al heel lang gaat het proces van afbreken en bouwen op dezelfde manier. Een brug is verouderd, wordt verwijderd, het materiaal misschien vermalen tot gruis of op andere wijze gerecycled, en er komt een nieuwe brug voor in de plaats. De objectbeheerder geeft de opdracht voor die nieuwe brug aan de ingenieur, die een ontwerp maakt dat voldoet aan alle technische eisen én er goed uitziet, volgens de normen en de standaarden van de gemeente. Een aannemer dat de brug gebouwd wordt, waarna de beheerder het weer overneemt en de cyclus opnieuw begint.

 

Van nieuw naar circulair

Vaak gaan de ontwerpers uit van nieuwe materialen die zijn gekeurd en voldoen aan bepaalde eisen, want daarvan kennen ze de eigenschappen, zoals sterkte en uitstraling. Op die manier werken is veilig, robuust en efficiënt. Maar als de gemeente in 2030 de helft minder nieuwe materialen wil gebruiken en in 2050 helemaal circulair wil zijn, moet dat anders. Dan moeten we minder materiaal gebruiken, alternatieve materialen gebruiken en bestaande materialen langer en opnieuw gebruiken. Pioniers als William en Robert ontdekken hoe dat werkt, circulair bruggen bouwen. En ze inspireren andere collega’s en gemeenten.

 

Pionieren

“De circulaire doelstellingen voor 2030 en 2050 zijn bepaald door het College van Burgemeester en Wethouders, hoog in de boom, maar niemand weet eigenlijk wat het in de praktijk betekent. Dat maakt sturing op een specifieke andere manier van werken lastig”, zegt William. “Maar”, vervolgt hij, “daardoor is er wel veel ruimte om er vanuit eigen motivatie mee aan de slag te gaan.” Robert: “Aansturing of niet, in principe moet je als beheerder een bijdrage leveren aan die doelstellingen. Als het niet van bovenaf komt, moet je zelf uitzoeken hoe je dat binnen je eigen vakgebied vormgeeft.”

Even geleden, toen een brug door een herinrichtingsplan overbodig werd, zag Robert een kans om de materialen te oogsten en de brug op een andere plek opnieuw op te bouwen. “Ik moest zorgen dat de brug netjes uit elkaar werd gehaald, tijdelijke opslag voor de geoogste materialen regelen en een vergunning aanvragen voor de nieuwe locatie.”

William lacht: “Robert klopte achteraf bij mij aan en zei: ik heb iets gedaan, maar er moet nog een vergunning voor worden aangevraagd.” “Omdat ik wist dat als ik op die vergunning zou wachten, de brug al gesloopt zou zijn – en de materialen vernietigd”, vult Robert aan.

“Bijna niemand werkt nog op deze manier, dus je moet zelf overal achteraan, en soms doorzetten. Ik ga mijn rol als beheerder te buiten, maar zo kun je de vinger op de zere plek leggen en laten zien waar de gaten vallen. Daarvoor zijn we pioniers. Je ziet kansen en je gaat het doen.”

 

De slag om de buitenruimte

Waar sla je het materiaal op dat niet direct een nieuwe bestemming krijgt? Met dat vraagstuk is ook William bekend. Hij werkt aan de constructie van een brug met oude bladen van windturbines: grote objecten van vaak wel meer dan twintig meter lang. William: “We hebben lang gezocht naar een plek in Rotterdam om de bladen tot gebruik op te slaan. Er was niks te vinden. De beperkte ruimte die we vonden, zat vol. In de stad is ruimte schaars – en kostbaar, dus uiteindelijk hebben we een extern bedrijf in moeten huren om de bladen op te slaan.”

 

Zo brengt elk project weer nieuwe uitdagingen met zich mee. William: “Er zijn enorm veel mogelijkheden als je duurzamer of circulair wil bouwen. Daarom doen we nu veel pilots. Als we een materiaal willen testen, zoeken we daar een geschikt project voor. Dat doen we zodat we dat in de toekomst andersom kunnen doen: een project koppelen aan een bewezen materiaal, techniek of werkwijze.”

 

Leiden door voorbeeld

William experimenteert al sinds zijn afstuderen bij de gemeente. Hij studeerde af op bruggen van composiet, een mix van kunststof en vezels en een materiaal dat nog nauwelijks in de bouw gebruikt werd. “Leiden door voorbeeld heeft het meeste effect, maar dat vereist wel een lange adem. Iedereen verklaarde me voor gek dat ik met composiet aan de slag ging. Maar na tien jaar begonnen mensen te vragen: die plastic bruggen van jou, is dat ook niet iets voor mijn project?”

 

Inmiddels is William een aantal stappen verder en worden de eerste ontwerpen met biocomposiet gemaakt. “Je moet telkens opnieuw leren hoe je het moet doen. Als je geen standaard bouwmaterialen gebruikt, moet je veel materiaaltesten doen en kijken of je jezelf en je collega’s technisch kunt overtuigen.”

 

De markt uitdagen

Experimenteren doet William niet alleen met composiet. Neem de bouw van de Slaghaambrug in Hoogvliet, een brug van geopolymeerbeton die vorig jaar de Betonprijs won. Geopolymeerbeton is duurzamer dan gewoon beton omdat het niet cement, maar restmaterialen uit de industrie als bindmiddel gebruikt.

 

Het project resulteerde in een lijst met lessen en successen, die werden samengevat in een PVE: een Programma van Eisen. Bij de volgende aanbesteding voor een soortgelijke brug, het Pater Pirehof in Ommoord, stuurt de gemeente het PvE mee met het contract naar de aannemer. William: “Je moet de markt bevragen en als gemeente zeggen: we huren je in, zo lang je je aan deze eisen houdt.”

 

“Nu is het nog iets unieks”, zegt Robert. “Maar over twee, drie stappen is deze manier van werken – minder, beter, langer en opnieuw – vanzelfsprekend geworden.” “Je kunt circulair

bouwen niet samenvatten in één legoblokje”, voegt William toe. “Iedere situatie vraagt om een specifieke aanpak.”

Delen via

Meld je aan voor de Rotterdam Circulair Nieuwsbrief

Schrijf je in voor de nieuwsbrief
logo port of rotterdam
logo provincie zuid-holland
Logo DCMR Milieudienst Rijnmond
logo blue city
Gemeente Rotterdam logo