Annette, Marc en Cedrique in gesprek met De HER op de achtergrond
3 Juni 2025

Wij zien liever schroevendraaiers dan sloophamers

Een heel gebouw dat geen dienst meer doet uit elkaar halen en elders weer opbouwen. In navolging van Milieupark + De HER wil de gemeente Rotterdam onderzoeken of zij dit circulaire kunststukje kan herhalen. Nu in Schiehaven Noord, waar vijf- tot zevenhonderd woningen moeten verrijzen in een groene, duurzame omgeving. Maar waar begin je? Hoe vind je een geschikt ‘donorgebouw’? En vooral: waarom zou je het jezelf zo moeilijk maken? “Over tien jaar is dit de gangbare manier van bouwen. Daarom willen we nu al verkennen wat er allemaal bij deze manier van bouwen komt kijken.”

 

‘DONORGEBOUW GEZOCHT’. Deze oproep staat de hele maand juni op een groot bouwbord, middenin het kloppend hart van de Rotterdamse Architectuurmaand: Schiehaven Noord. Dit voormalige haventerrein wil de gemeente samen met woningcorporaties en marktpartijen omtoveren tot een groene en duurzame woonwijk, met 65 procent van de woningen in het betaalbare segment. Zo veel mogelijk gebouwd met gebruikte materialen – wellicht dus zelfs met een heel tweedehands gebouw.

 

Circulair bouwen om de CO2-uitstoot te flink te verlagen

Hoewel met De HER is bewezen dat het kan, klinkt het omslachtig: zoeken naar een heel gebouw – of een groot deel ervan – dat je ergens vandaan haalt om het te gebruiken voor je ‘nieuwbouw’-project. Waarom niet gewoon nieuwe materialen bestellen? Cedrique Noordman-Steenkamer, projectleider circulair bouwen en coördinator ‘Paris Prooftuin’ Schiehaven Noord bij de afdeling Circulair van de gemeente: “Primaire materialen inkopen is niet automatisch in lijn met onze ambitie om Paris Proof te bouwen. Om onze CO2-uitstoot flink omlaag te krijgen plaatsen we zo min mogelijk en zeer zuinige gebouwinstallaties in de panden en in het gebied, gaan we bouwen met materialen met een lage CO2-uitstoot, zoals biobased materialen, en kijken we hoe we schone manieren van mobiliteit kunnen stimuleren in de wijk. Circulair bouwen, met hergebruikte materialen of zelfs een heel donorgebouw, is ook een van de strategieën.” Naast CO2-reductie is ook het feit dat primaire grondstoffen steeds schaarser en daardoor duurder worden een reden om circulair te bouwen, beaamt Cedrique. “Dat komt ook doordat nationale en Europese regelgeving steeds meer stuurt op een circulaire economie en klimaatneutraliteit in 2050.”

 

Vergelijk het met een donororgaan

Annette Matthiessen is als projectsenior stedenbouw van de gemeente betrokken bij Schiehaven Noord. Ze vertelt dat het woord ‘donorgebouw’ niet toevallig is gekozen. “Vergelijk het met een donororgaan: het gebouw moet voldoen aan een bepaalde ‘bloedgroep’. De afmetingen moeten bijvoorbeeld overeenkomen met de beschikbare plek. Ook het tijdstip waarop het pand vrijkomt moet precies matchen – net als bij een donororgaan. Je wilt dat het gebouw pas uit elkaar gehaald wordt op het moment dat het nodig is, anders moet je al die materialen eerst ergens opslaan, waar weer extra transport bij komt kijken. Om die reden willen we ook het liefst een gebouw hier uit de regio.”

 

Realistische verwachtingen: vooral het gesprek openen

Annette en Cedrique beseffen dat de kans op een perfect match, een bouwblok dat op het juiste moment vrijkomt en in zijn geheel dienst kan doen in Schiehaven Noord, klein is. Cedrique: “Het zou

natuurlijk hartstikke mooi zijn. Maar we zijn ook al heel blij met onderdelen van een gebouw. Graag wel zo groot mogelijk, dus liever een grote partij trappen, kozijnen of vloerdelen, dan wat deurklinken.” Dat heeft ook te maken met de fase waarin het project zit, licht Cedrique toe. “We staan aan de start van het ontwerp. Nú kunnen we impact maken, doordat we nog ruimte hebben om grote hergebruikte onderdelen mee te nemen in het ontwerp. Later in het proces, wanneer er steeds meer vast komt te liggen, wordt de match lastiger, zeker voor grote onderdelen.” Cedrique en haar collega’s mikken hoog, maar houden de verwachtingen wel realistisch. “We zien dit initiatief vooral als een verkenning van deze unieke manier van bouwen: wat komt erbij kijken? Wat is er aan geschikte gebouwen beschikbaar? Hoe werkt het met garanties en vergunningen? We willen vooral het gesprek hierover openen en veel leren.”

 

Idee van hergebruik komt langzaam terug

Marc Verheijen is architect bij de afdeling Stadontwikkeling/Ingenieursbureau en was nauw betrokken bij de bouw van De HER. Hij nuanceert het idee dat deze bouwmethode uniek is. “Op deze schaal is het in Nederland inderdaad niet eerder gedaan. Maar bouwen met gebruikte materialen is eigenlijk helemaal niet zo bijzonder: in townships doen ze niet anders. In de Westerse samenleving zijn we het verleerd om zuinig om te gaan met materialen en om die te hergebruiken. Dat idee komt nu langzaam terug, maar nog vooral in theorie – er wordt veel over gesproken. Daarnaast zijn er ook zeker ontwikkelingen in de praktijk, zoals Buitenplaats Brienenoord, BlueCity en het Grondstoffenstation op het Afrikaanderplein. De bouw van De HER was uniek vanwege de grote schaal én omdat het voldoet aan de strengste eisen voor een dergelijk gebouw.”

 

Architecten willen wel

“Bouwen met een donorgebouw is ingewikkeld, omdat de processen die ervoor nodig zijn nog niet zijn ingesleten”, vervolgt Marc. “Maar wij vinden moeilijk leuker dan makkelijk. We willen bijdragen aan het ontwikkelen van een ander bouwproces. Het lineaire systeem is in de afgelopen zestig jaar helemaal geoptimaliseerd, dat werkt perfect. Met een druk op de knop bestel je wat je nodig hebt en binnen no time staat er een transportbedrijf voor je deur. Maar die manier van bouwen is niet volhoudbaar. Alleen het alternatief daarvoor, bijvoorbeeld bouwen met hergebruikte materialen, is nog allerminst perfect. We weten nog niet eens precies hoe het moet. Dat maakt het lastig en soms spannend.” Dat zit ‘m volgens Marc vooral in de angst voor het onbekende. “Ik merk veel interesse bij collega-architecten voor dit soort projecten, want iedereen voelt aan dat dit de toekomst is. Maar vind maar eens een projectontwikkelaar die zoveel mogelijk hergebruik in zijn gebouw voorschrijft. Opdrachtgevers zien nog te veel risico’s. Logisch ook; zij moeten winst maken en dan kies je liever niet voor een manier van werken waar nog weinig ervaring mee is.”

 

Belangrijk om als gemeente te sturen op hergebruik

Hier ligt een belangrijke rol voor de gemeente, vindt zowel Marc als Cedrique. “Als overheidsorgaan is opdrachtgeverschap je belangrijkste instrument”, zegt Marc. “Wij stellen de randvoorwaarden. Het is aan ons om bijvoorbeeld te zeggen: ‘je mag alleen in Schiehaven Noord bouwen als je minimaal dertig procent hergebruik toepast, minimaal dertig procent biobased materialen gebruikt en minimaal vijftig procent van je gebouwen remontabel is.” Cedrique: “Schiehaven Noord is een proeftuin waar we praktijkvoorbeelden willen opbouwen, kengetallen, misschien een systematiek. De lessen zullen we later delen met professionals en kennisinstellingen, net zoals bij Milieupark + De HER is gedaan. We willen niet dat het na dit project stilvalt wat bouwen met een donorgebouw betreft.”

 

Van grove werkhandschoenen naar fluwelen handschoenen

Marc ziet de toekomst voor circulair bouwen met vertrouwen tegemoet. “Ik weet zeker dat als je over tien jaar zegt: ‘ik heb drie kozijnen nodig in die en die maat’, dat je met eenzelfde druk op de knop de gewenste kozijnen geleverd krijgt van een gebouw drie straten verderop, waar ze door demontage vrijkomen. Voor het zover is, moet er nog wel wat gebeuren. Maar daar wordt op allerlei plekken aan gewerkt, denk aan online platforms als Madaster en Gebouwenmarktplaats en aan het materialenpaspoort. Het gaat er allemaal komen. Demontage- in plaats van sloopbedrijven: ook die komen er. We gaan van grove werkhandschoenen naar fluwelen handschoenen, van sloophamers naar schroevendraaiers. Maar dat duurt even. In die tussentijd proberen wij mensen te laten zien je deze vorm van bouwen serieus kunt nemen.” Annette: “Het is nu nog onwennig, want we zijn in transitie. Maar straks zijn mensen gewend aan het idee dat materialen geld waard zijn en komt zomaar slopen niet meer voor.”

 

Team van Pippi Langkousen

Bij de ontwikkeling van Schiehaven Noord worden de lessen van De HER uiteraard ter harte genomen. Op basis van zijn ervaringen daar heeft Marc een gouden tip. “Zorg dat je een team hebt van mensen die dit echt willen en ook gaan doén. Je hebt een groep Pippi Langkousen nodig die zeggen: ‘ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk wel dat ik het kan.’ Met mensen die er niet in geloven, gaat het sowieso niet lukken.” Annette noemt nog een eigenschap die belangrijk is bij bouwen met een donorgebouw. “Je moet veel flexibeler zijn. We zijn altijd gewend geweest om helemaal voor te schrijven hoe we het willen hebben, maar bij deze manier van ontwerpen moet je openstaan voor wat er voorhanden is.”

 

Hergebruik is niet heilig

Bij de HER is zo veel mogelijk met tweedehands materiaal gewerkt. En met succes: het milieupark om De HER heen – het parkeerterrein, de slagbomen, de lantaarnpalen – bestaat voor 95 procent uit hergebruikt materiaal; het gebouw zelf voor 75 procent. “En daarvoor hebben we alle zeilen bijgezet”, zegt Marc. “Zou het gaan om een abri bijvoorbeeld, dan kun je best streven naar honderd procent hergebruik. Maar De HER is een heel gebouw, waar mensen gaan werken.” Hij doelt op het feit dat daar strenge eisen aan zijn verbonden. “Als je bijvoorbeeld met tweedehands luchtkanalen, of derdehands regelkleppen in een installatie gaat werken, krijg je geen bouwvergunning. Bovendien heb je niet altijd de tijd om te wachten tot de juiste tweedehands onderdelen vrijkomen.”

 

“Van de bouw van De HER neem ik dan ook mee: ga altijd voor een hybride vorm. Kies voor hergebruik waar het kan, en anders voor nieuw, maar wel remontabel, of voor biobased. Door die strategieën slim te combineren haal je veel hogere CO2-scores. Want vergeet niet dat het uitgangspunt bij Schiehaven Noord CO2-besparing is; niet hergebruik.” Dat is bij De HER overigens goed gelukt. “De manier waarop we De HER hebben gebouwd heeft net zo veel CO2 bespaard als zestig keer de wereld rondvligen, ofwel het jaarlijks stroomverbruik van driehonderd Nederlandse gezinnen.” Annette vult aan: “Hergebruik is ook niet in alle gevallen de beste keuze. Neem een tweedehands verwarmingsinstallatie: die gaat niet lang meer mee. Dan kun je beter voor een heel zuinige nieuwe installatie kiezen. Als het om constructie-elementen gaat, zoals een plafondconstructie, dan is hergebruik vaak wel de beste keuze. Maar waar het technisch wordt, ligt dat anders.”

 

Zoeken tot het laatste gebouw er staat

Eerst volgt dus de zoektocht naar een donorgebouw. Cedrique: “We gaan het sleepnet ophalen om te kijken wat er in de regio Rotterdam beschikbaar is aan min of meer geschikte gebouwen. Misschien, zijn het er vijftig, misschien twee. Of er is helemaal geen match – we hebben geen idee. We weten ook niet zeker of al het beschikbaar aanbod online staat: mogelijk zijn de online platforms, zoals

Gebouwenmarktplaats, niet voldoende bekend. Of is het in bepaalde gevallen onwenselijk om een pand online te plaatsen, bijvoorbeeld wanneer het nog verhuurd wordt.” Wellicht doen ze volgend jaar, als ze verder zijn in het proces, weer een uitvraag. Maar dan voor specifiekere onderdelen, zegt Annette. “Het is een doorlopend proces. We zijn op zoek totdat het laatste gebouw er staat.” Ze blikt alvast vooruit naar de toekomst: “Het uiteindelijke doel is natuurlijk een gebied met zevenhonderd woningen waar mensen fijn kunnen wonen. Ik kijk uit naar de esthetiek van de wijk. Dat verweerde van materialen die al eerder gebruikt zijn, geeft een bepaalde uitstraling. Het lijkt me mooi dat mensen kunnen zeggen: “mijn voordeur heeft vroeger in een hotel in Den Haag gezeten.”

Benieuwd naar wat er is geleerd van de bouw van Milieupark + De HER? Kijk op her-bouwen.nl.

Delen via

Meld je aan voor de Rotterdam Circulair Nieuwsbrief

Schrijf je in voor de nieuwsbrief
logo port of rotterdam
logo provincie zuid-holland
Logo DCMR Milieudienst Rijnmond
logo blue city
Gemeente Rotterdam logo